Vanaf maandag 17 november kunnen inwoners reageren op twee uitgewerkte toekomstbeelden: een fusie met Rheden of een fusie met Zutphen. Een derde variant – aansluiting bij de gemeente Voorst – ontbreekt volledig. Dat stuit in de regio op brede verbazing. Inwoners van Empe en Tonden voelen zich historisch, geografisch en cultureel sterker verwant met een plattelandsgemeente als Voorst dan met een stad als Zutphen. Opvallend is dat deze optie bewust niet is onderzocht, ondanks inspraak vanuit de Voorster gemeenteraad tijdens de Brummense raadsvergadering over dit onderwerp. Daarbij werd aangedrongen op een serieuze verkenning van deze mogelijkheid én op het terugnemen van de onnodige haast uit het proces.

Meer snelheid dan kwaliteit
Ook binnen Brummen leven zorgen dat het proces te sterk wordt gedreven door tempo en bestuurlijke sturing. Inwoners worden pas in een laat stadium betrokken, en dan uitsluitend binnen de door het gemeentebestuur vooraf geselecteerde scenario’s. Dat wordt door veel betrokkenen niet ervaren als volwaardige participatie, maar als een bevestiging achteraf van besluiten die in feite al vaststaan.

Ook blijft het onduidelijk waarom een herindelingsproces met ingrijpende gevolgen voor tientallen jaren onder zo’n grote tijdsdruk moet plaatsvinden. Een fusie raakt de identiteit van dorpen, de kwaliteit van voorzieningen en de nabijheid van het lokaal bestuur. Een beslissing met een horizon van 20 tot 30 jaar vraagt om rust, zorgvuldigheid, transparantie en inspraak.

Voorst kiest voor zorgvuldigheid
CDA Voorst kiest bewust voor een gefaseerde en inhoudelijke benadering. Eerst dient de bestuurskracht van de eigen gemeente onderzocht te worden. Op basis daarvan kunnen mogelijke samenwerkingsrichtingen verantwoord worden afgewogen. Maar daar is tijd voor nodig.

Brummen en Voorst delen opvallend veel kenmerken: kleinschaligheid, vergelijkbare dorpsstructuren, agrarische identiteit, landschappelijke samenhang en een overeenkomstige schaal. Daarom is het moeilijk te begrijpen dat de Voorst-optie vanaf het begin buiten beeld is gehouden, zeker omdat dit gebeurde ondanks eerdere – en inmiddels erkend ongelukkige – uitlatingen van zowel de gemeentesecretaris als de burgemeester van Voorst. Die zorgden destijds voor ruis, maar vormden nooit een formeel of inhoudelijk standpunt tegen samenwerking.

Geen goede weerspiegeling van samenwerking in de Stedendriehoek
Binnen de Stedendriehoek wordt intensief samengewerkt aan grote regionale opgaven: woningbouw, mobiliteit, infrastructuur en natuurontwikkeling. Dat vraagt om wederzijds vertrouwen, openheid en het gezamenlijk uitstippelen van koers. Het fusieproces van Brummen weerspiegelt deze gewenste samenwerking echter niet. De ingezette lijn voelt als het uitrollen van een eigen route, onder stevige regie van burgemeester Van Rumund, waarbij andere Stedendriehoekgemeenten – waaronder Voorst – nauwelijks worden meegenomen. In een regio die juist gebaat is bij gezamenlijke afwegingen en synchronisatie van keuzes, werkt zo’n solistische aanpak vervreemdend. Het staat haaks op het principe van sámen optrekken in plaats van vooruitlopen zonder de rest.

Tijd voor openheid, rust en echte keuzevrijheid
Een verantwoord herindelingsproces vraagt om drie uitgangspunten: volwaardige inspraak, niet beperkt tot vooraf geselecteerde scenario’s, rust en zorgvuldigheid, zonder politieke of ambtelijke tijdsdruk en een open verkenning van álle opties, inclusief de mogelijke Voorst-variant die door veel inwoners als logisch wordt gezien.

De toekomst van een gemeente laat zich niet versmallen tot een keuzemenu van twee gerechten.

Een fusieproces moet plaatsvinden met visie, kwaliteit en draagvlak — niet met haast.

Door Jürgen Wolff van Wülfing, fractievoorzitter CDA Voorst