Johanna en Jan Gerrit Weijers 60 jaar getrouwd - ‘Koeien zijn mijn lust en mijn leven’

Hun beider wieg stond in Teuge en daar wonen ze nog steeds. Op de Zandenallee 8 is Jan Gerrit geboren en getogen; op de boerderij met varkens en kippen van zijn ouders. Op 10 minuten fietsafstand aan de andere kant van het vliegveld aan de Ganzevlesweg woonde Johanna ook op de ouderlijke boerderij.

Ze heeft de Huishoudschool in Twello bezocht en vervolgens op de boerderij van haar ouders gewerkt, maar verrichte daarnaast ook afwisselend huishoudelijk werk op boerderijen van kennissen of buren als er nood aan de man was. Wat ze op de naailessen had geleerd, dat heeft ze later veelvuldig toe kunnen passen. De naaimachine stond dikwijls op tafel voor verstelwerk, dat deed ze nooit met tegenzin. Jan Gerrit kende ze al vanaf de lagere school.

Op een gezamenlijke avond van de plaatselijke Jeugdvereniging – zij bij de meiden, hij bij de jongens – liepen ze elkaar weer tegen het lijf. Ze vonden elkaar leuk en hij bracht haar naar huis. Daar maakten ze direct een volgende afspraak en nadat men elkaar een tijdlang buiten het huis had ontmoet, zoals het zich toentertijd voor een jong stel betaamde, kwam hij geleidelijk aan steeds vaker bij haar thuis. Ze waren een tijdlang verloofd voordat ze trouwden in 1956. Aan de boerderij van zijn ouders werd toen een stuk aangebouwd, en om het jonge paar de ruimte te geven namen zijn ouders hun intrek in het nieuwe gedeelte. Dat was niet alleen leuk maar kwam ook nog eens goed uit, omdat vader niet alleen boer was maar ook veehandelaar en nu vaker op pad kon voor de handel. Het boeren ging Jan Gerrit altijd goed af, hij had de Landbouwschool in Apeldoorn bezocht, waar hij elke dag naar toe fietste en op de boerderij van zijn ouders gewerkt. Doordat hij op de boerderij onmisbaar was kreeg hij vrijstelling van dienstplicht.

Het gezinnetje breidde zich uit toen in 1957 dochter Ans werd geboren en vier jaar later hun zoon Gerrit. Hun zoon heeft nooit zijn ouderlijk huis verlaten en woont er nu met zijn eigen gezin sinds zijn ouders de boerderij hebben verlaten, omdat het huis van de buurman te koop kwam. “Mijn vader komt dagelijks nog twee keer op de boerderij om de kalveren te voeren en bij voorbeeld de ligbedden van de koeien aan te harken.” “Ik heb mijn leven lang tussen de koeien gelopen”, voegt vader er snel aan toe, “zij zijn mijn lust en mijn leven”. Moeder Wijers kan het niet laten om ook een passende opmerking de plaatsen: “Ik heb altijd gezegd; Ik ben getrouwd met oe en de koe!” Werken in de tuin doet ze niet meer, dat laat ze aan haar man over, maar genieten daarvan dat doet ze wel. En na de aanschaf van een zitmaaier is dat voor Jan Gerrit een stuk comfortabeler geworden. Er is leuk contact met beide kinderen, vijf kleinkinderen en vier achterkleinkinderen. Kleindochter Jasmijn en kleinzoon Casper komen geregeld langs voor de gezelligheid en wat huishoudelijk werk. “Maar verder redden we ons nog prima zélf”, benadrukt de vrouw des huizes, “mijn man rijdt nog auto en de boodschappen doen we ’s ochtends samen.” Klokslag zeven gaat het echtpaar uit de veren (“Dat zijn we zo gewend”) en er verstrijkt geen dag zonder het gezamenlijk ontbijt. Elke dag genieten ze nog van het weidse uitzicht en aan de zuidzijde kijken ze in de verte op het vliegveld. “Af en toe landt er door een stuurfoutje een parachutist bij ons in het weiland ”, lacht vader Weijers, “maar last van het vliegveld hebben we nog nooit ondervonden”. Het echtpaar woont met veel plezier in Teuge, daar kent men volgens hun zeggen nog echte noaberschap en is iedereen nauw bij elkaar betrokken.
Burgemeester Penninx heeft het echtpaar op hun trouwdag bezocht en gefeliciteerd en bij De Groot in de Vecht is er feest gevierd.

woensdag 24 augustus 2016

Deel dit bericht