DIERENARTS ALS KONIJNENKENNER

Dieren kunnen soms vage klachten hebben. ‘Het lijkt of mijn dier pijn heeft of mijn huisdier is niet zichzelf,’ zijn veelgehoorde opmerkingen. Soms is het lastig om de onderste steen boven te krijgen en soms is de conclusie dat alles goed is. Vaak kan telefonisch al een groot deel achterhaald worden. Of in ieder geval ingeschat worden of het meerwaarde heeft om met het dier langs te komen.

Uiteraard is iedereen altijd welkom, maar het is voor beide partijen fijn als het ook echt zin heeft. Mensen die in paniek bellen dat hun hond net een misstap heeft gemaakt en nu zijn pootje omhoog houdt, adviseer ik meestal even rustig een uurtje af te wachten. Vooral als mensen vragen om advies. Meteen naar de praktijk komen zonder telefonisch advies te vragen is niet verstandig. Ik tref de eigenaar vaak een half uur later op de praktijk, met een blije hond op vier pootjes, die me vrolijk tegemoet rent. Superfijn voor het hondje, wat onnodig voor de eigenaar en de dierenarts.

Een telefoontje die bij mij binnenkwam terwijl ik net een paard met koliek aan het behandelen was, deed me denken aan een niet voldoende rustig afgenomen anamnese van beide kanten. Met de telefoon in mijn nek terwijl ik een slang via de neus in de maag aan het brengen was, was de houding die ik had terwijl ik een ongeruste eigenaar aan de lijn had. Ik verstond haar door haar emoties niet heel goed, maar ving op dat zij dacht dat haar konijn het niet ging redden als ik niet snel in zou grijpen. Terwijl het paard begon te steigeren en mijn telefoon langzaam uit mijn nek begon te glijden, hoorde ik dat ze nog iets van ‘hik’ zei, dat ze nu waarnam. Ik rondde het gesprek snel af en zei dat ik snel naar de praktijk zou komen. Terwijl ik de behandeling van het paard afrondde bedacht ik me dat ik waarschijnlijk toch te laat op de praktijk zou zijn. Met die hik zou ze namelijk vast de laatste ademstoten bedoelen, die haar doodzieke konijn nog net kon uitvoeren. Het paard, die overigens daarna snel opknapte, liet ik achter en de eigenaren wenste me nog succes met de behandeling van het waarschijnlijk doodgaande konijntje.

Ik trof mevrouw, die nog steeds wat rode ogen had van de schrik, met haar konijn in haar armen in mijn spreekkamer. Het konijn keek me met een frisse blik aan en zag er fantastisch uit. ‘Wat is er precies aan de hand?’ vroeg ik, terwijl ik het konijn overnam.

‘Sinds een uur is hij aan het schokken en ik heb op internet gelezen dat ze dan aan het doodgaan zijn.’

Dat dit konijn alles van plan was behalve doodgaan, leek me een dooddoener om er meteen in te gooien en ik onderzocht dit diertje van een jaar rustig, terwijl ik nog wat vragen stelde. Mijn diagnose was helder en op een bepaalde manier misschien wat schokkend; ‘Floris heeft de hik.’

Net als bij eigenlijk alle zoogdieren is dit het soort van spastisch bewegen van het middenrif. Een vrij complex fenomeen met allerlei theorieën. Ook met hoe het sneller over zou kunnen gaan. De adem in laten houden of een keer goed laten schrikken waren tips waarvan ik in mijn hoofd de humor wel van in zag. Of misschien dat het veroorzaakt was door een goede grap van zijn hokgenoot. Maar het leek me niet handig mijn flauwe gedachten ook uit te spreken bij deze mevrouw. Dus ik liet het erbij haar gerust te stellen met een heldere en vooral gunstige prognose; ‘Over een paar uur is het zelf weer over. Een goed weekend verder.’

woensdag 24 februari 2021

Deel dit bericht